Mollen graven niet door bevroren grondlagen, maar dat hoeven ze ook niet. De gang van een mol is eigenlijk een grote ‘grondbeestjes-val’. De nietsvermoedende regenworm kruipt door de grond, komt in de gang terecht en wordt door de continu rondkruipende mol gegrepen. Als het kouder wordt, vluchten de wormen dieper de grond in en de mol moet daar achteraan, een lager gangenstelsel maken dus. Wanneer het warmer wordt, kruipen de regenwormen weer richting aardoppervlak. De mol gaat er opnieuw achteraan, terug naar de oude gangen.
5 leuke weetjes over mollen
1. De essentie van een mol is dat die ongezien blijft. Hij leeft zijn hele leven in de inktzwarte duisternis van de aarde en lijkt daar gelukkig. De mol is een gravend raadsel die een labyrint van gangen maakt waarin iedereen verdwaalt, behalve de mol zelf. Mollen kunnen waanzinnig goed graven. Het zijn gravende torpedo’s. Ze kunnen 20 centimeter per minuut graven, dat is zo’n 12 meter per uur.
2. Een mol is kleiner dan je denkt. Wanneer je een molshoop ziet, denk je al gauw dat een mol het formaat heeft van een huiskat. Fout. Een mol is niet veel groter dan een flinke aardappel.
3. De mol is geen vegetariër. Ze verrichten zware arbeid en het zijn flinke eters. Ze werken dagelijks 50 tot 100 procent van hun eigen lichaamsgewicht naar binnen. Stel je eens voor: je weegt 80 kilo en dat je minimaal 40 kilo vlees moet eten op een dag. Mollen doen het, vooral regenwormen eten ze in grote hoeveelheden.
4. Een mol is geen groepsdier. De grootste vijand van de mol is de mol.
5. Mollen hebben scherpe en lange nagels. Volgens Charles Darwin lijken de voorpoten van de mol qua bouw trouwens sterk op mensenhanden.
