DOOR: RENÉ ALBLAS
Geel, geel en nog eens geel. Als ik naar de vogels rondom mijn huis in de Vogezen kijk lijken het alsof de kool- en pimpelmees volledig de macht hebben overgenomen. Blij verrast was ik daarom de afgelopen week toen ik een groepje vinken op mijn erf zag zitten. Ik bekeek ze aandachtig en zag ineens dat er ééntje met een knalrode (bijna lichtgevende) buik tussen zat. Een goudvink!
Voor hun doen zagen de vinken er ook al flitsend uit. De bruinrode buiken van de mannetjes kleuren in het voorjaar extra rood. Maar vergeleken bij die knallende goudvink zijn het toch ‘grijze mussen’.
Maar wat deden die vinken en goudvink daar? Ons nieuwe vogelhuisje inspecteren? Als ik een vogel zou zijn zou ik wel gecharmeerd raken van deze Zweedse vogelvilla in de Vogezen.
Maar er is weinig kans, vinken (en goudvinken) zijn veel te schuw om zo dicht bij de mensen in een nestje te kruipen. Vermoedelijk waren ze op zoek naar bloemknoppen, die eten ze graag in de lente.
Ik volgde de goudvink nog een poosje met mijn verrekijker om er achter te komen of zijn zang net zo indrukwekkend was als zijn buikkleur. Nou, dat viel tegen. Een beetje onbestemd riedeltje. Luister hier zelf.
Het geluid van een vink is veel mooier, klik hier en oordeel zelf.
Die mooie zang was ooit ook het grootste probleem van de vink. In de zeventiende eeuw bedacht men dat het wel leuk zou zijn om de mooie fluitende vinken te vangen en dan zogenaamde vinkenzettingen te organiseren. Een soort songfestival voor vinken. Ergens in de achttiende eeuw werd ontdekt dat de vogels nog mooier zongen als ze verblind waren. En om dit te bereiken werden de oogleden van die arme vogeltjes aan elkaar geschroeid. Daar komt dus het begrip ‘blinde vink’ vandaan… Pas in de twintigste eeuw werd mede onder druk van natuurbeschermingspionier Jac. P. Thijsse een einde aan deze barbarij gemaakt.
Dan hadden die gele kool- en pimpelmezen met hun simpele huis, tuin en keuken riedeltjes het toch beter bekeken!