De steenuil is amper groter dan een merel en vaak zeldzamer. Behalve in Twente en de Achterhoek. In die laatste streek zetten uilenkenners Ronald van Harxen en Pascal Stroeken zich al 36 jaar in voor de steenuil. De resultaten van hun inspanningen mogen er zijn.
Wie eenmaal een steenuil heeft gespot, is meestal verkocht voor het leven. Dat geldt zeker voor Ronald van Harxen en Pascal Stroeken. “Het begon uit nieuwsgierigheid naar het voorkomen van de steenuil in de omgeving van Lichtenvoorde”, vertelt Van Harxen. “In het begin van de jaren 80 begonnen we met een aantal mensen uit de vogelwerk groep de steenuilen in kaart te brengen. In 1986 startten we met nestenonderzoek: het zoeken van nesten in schuurtjes en bomen, en het verzamelen van gegevens over de reproductie en broedbiologie. Daarnaast hingen we nestkasten op.”
Plaatsen van nestkasten
Het ‘uilenwerk’ heeft zich in de loop der jaren behoorlijk uitgebreid. Stroeken: “Het landschap is geleidelijk aan flink veranderd. Veel boeren zijn gestopt en het merendeel van de voormalige boerenerven wordt nu bewoond door burgers en buitenlui. De boerderijen die hun agrarische functie behielden, hebben meestal een forse schaalvergroting doorgemaakt. Helaas gingen samen met die veranderingen ook veel schuurtjes en andere kleine gebouwen verloren, en dat zijn nou juist plekken waarin steenuilen graag broeden.
Gelukkig hebben we het verlies van nestgelegenheid goed kunnen compenseren door nestkasten te plaatsen. Naar schatting broedt tegenwoordig ongeveer een derde van alle steenuilen in ons gebied in nestkasten. Zonder die kasten had de populatie er waarschijnlijk minder goed voorgestaan. Nu is de steenuilenpopulatie in ons gebied stabiel.”
322 jongen in 2021
Vorig jaar bezochten de beide uilenbeschermers maar liefst 260 nestplekken en troffen bijna 150 broedende steenuilen aan, waarbij ze het grootste aantal jongen tot nu toe telden: 322! Stroeken: “Het was een succesvol broedseizoen, met veel uit gevlogen jongen die bovendien in prima conditie verkeerden. Dat is een direct ge volg van het grote voedselaanbod, vooral van bos en veldmuizen.”
Overigens worden voor 2022 minder goede broedresultaten bij de uilen verwacht. In het najaar waren er namelijk weinig eikels. En weinig eikels betekent: weinig bosmuizen. En die vormen samen met de veldmuizen de belangrijkste prooisoort voor de steenuil. Maar er is hoop, zegt Van Harxen: “Als de veldmuizen – die voornamelijk plantaardig materiaal eten – het wel goed doen, kunnen ze mogelijk het tekort aan bosmuizen wat opvangen. Het wordt dus een spannend seizoen.”
Het vervolg van dit artikel lees je in Roots mei – daarin ook meer over een steenuilvriendelijke drinkbak. Dus pak ‘m mee uit het schap, of bestel ‘m eenvoudig online via onze webshop – daar kun je ook virtueel bladeren in een inkijkexemplaar.
CREDITS: TEKST EN FOTO’S EDWIN GIESBERS
Meer lezen
- Ronald van Harxen schreef het boek De steenuil, vol persoonlijke verhalen over het veldwerk. De kennis die Van Harxen in tientallen jaren onderzoek naar de steenuil heeft opgebouwd, is bijzonder. Het boek staat dan ook vol met fascinerende wetenswaardigheden over de steenuil.
- Bekijk ook deze prachtige filmbeelden van de steenuilen, die Edwin Giesbers maakte.
- Krijg je geen genoeg van roofvogels en uilen? In het boek ‘Roofvogels en uilen van Noordwest-Europa’ nemen Rootsredacteur Paul Böhre en illustrator Joris De Raedt je mee naar de leefgebieden van deze machtige vogels. De soorten van Noordwest-Europa worden uitgebreid beschreven en overzichtelijk in beeld gebracht. Je krijgt een boeiend inkijkje in het privéleven van de vogels en komt alles te weten over de classificatie, anatomie, verspreidingsgebieden en migratieroutes. Met dit boek kun je goed voorbereid op pad om deze indrukwekkende vogels waar te nemen in het veld.
- Steenuilen fotograferen is een droom voor veel fotografen. Want met zulke fotogenieke vogels is de kans op een geslaagde foto behoorlijk groot. Alex Pansier maakte er iets heel bijzonders van, kijk zelf maar.