Door de hoge temperaturen van de afgelopen weken heeft de processierups zich extra goed kunnen ontwikkelen. Naar schatting zijn er dit jaar zo’n 30 % meer processierupsen dan vorig jaar. In tamelijk frissen voorjaar zijn de rupsen later op gang gekomen dan andere jaren, de recente hoge temperaturen hebben ervoor gezorgd dat de dieren hun hooggelegen nesten hebben verlaten en naar de onderkant van de stam zijn verhuisd.
Daar is meer kans op contact met de rupsen en dan vooral met hun brandharen. Deze haren kunnen ontstekingen en ernstige jeuk veroorzaken, en in sommige gevallen ademnood of longontsteking. Honden, paarden en koeien lopen ook risico als ze met de brandharen in aanraking komen.
Door bezuinigingen bestrijden veel gemeentes niet of nauwelijks meer de eikenprocessierups. Sommige particulieren bestrijden de dieren zelf door de nesten weg te branden. Het probleem daarvan (naast brandgevaar) is dat er makkelijk stukken nest kunnen losraken en wegwaaien. De haren in dat nest kunnen dan alsnog met iemand in aanraking komen.
