DOOR DANIËL MULDER
Wandelen met een telefoon of gps-ontvanger in je hand is verschrikkelijk. Zeker, een wandelkaart is ook niet perfect. Die scheurt door een woeste windvlaag of wordt onleesbaar door een listige regenbui. Maar zo’n glimmend apparaatje met een digitale route die steevast onleesbaar is omdat de zon op je scherm schijnt of doordat het apparaat geen gps-bereik heeft vanwege het dichte zomerloof, is ook niets. En als je wel bereik hebt, zie je ineens dat je schoonmoeder je een app stuurt. Of je met Kerstmis komt eten. Ja, zo vroeg al.
Ik weet niet waar jij wandelt, maar ik zie gelukkig zelden iemand met een telefoon of een gps-ontvanger in de hand. Hooguit eens een verveeld gezin dat aan geocaching doet en een vermolmde schatkist opgraaft die de boswachter in de grond heeft verstopt met uitgedroogde biologische winegums. Toch bieden alle bladen, gidsen en websites die over wandelen schrijven hun wandelroutes ook digitaal aan, want ‘digitaal heeft de toekomst’. Daarmee bedoelen ze dat je er geld mee kunt verdienen.
Waarom lopen er zo weinig mensen een digitale tocht? Omdat natuurwandelen en digitaal een slecht huwelijk is. Sommige mensen vinden dat je zo’n huwelijk moet uitzitten, maar ik kies liever voor een liefdevol wandelleven zonder gps. Voor de duidelijkheid: ik ben niet tegen de toekomst, maar wel tegen loeren op een schermpje terwijl net voor je neus een oehoe op een boomtak landt. Mensen die veel op schermpjes kijken, zien bar weinig. Zonder gps op pad gaan is simpelweg beter, want door te wandelen raak je het werkelijke leven aan en ben je verbonden met de wereld om je heen. Het is niet je telefoon die je verbindt met de wereld, dat doen je wandelschoenen.