De vink is een algemene vogelsoort. Dat betekent dat je ze overal kunt vinden. Vooral de mannetjes met hun oranjebruine buik en kop zijn zeer fotogeniek. We geven 8 handige tips om vinken te fotograferen.
• Waar vind je vinken? In tuinen, parken en bossen zoeken vinken graag beschutte plekjes. Ze scharrelen graag over de grond, op zoek naar beukenootjes en zaden die door andere vogels zijn gemorst. In het oosten van Nederland leven meer vinken dan in het westen.
• Een mannetjesvink herken je aan de oranjebruine borst en wangen en het grijsblauwe petje. Vrouwtjesvinken zijn een stuk onopvallender en worden nog wel eens voor een mus aangezien. Maar zowel de mannen als de vrouwen hebben twee witte vleugelstrepen, waaraan je de soort kunt herkennen.
• Om vinken naar je tuin te lokken kun je het beste zaden op de grond of op een voedertafel strooien. In het broedseizoen eten de vinken echter vooral insecten, omdat hier meer eiwitten in zitten. En die kunnen ze dan goed gebruiken.
• Een vogel op een takje, centraal in beeld geplaatst is nogal klassiek. Kijk eens of je kunt variëren met de compositie. Als de kijkrichting van de vogel bijvoorbeeld naar rechts is, kun je hem mooi aan de linkerkant van het beeld plaatsen.
• Een leuke uitdaging: een vliegende vink fotograferen. Kies hiervoor op je camera de optie ‘continue scherpstellen’, je camera houdt de bewegende vogel dan steeds zo scherp mogelijk. Bij Canon heet deze optie Al Servo en bij Nikon heet het Continuous Servo.
• Vogels fotografeer je bijna altijd met een telelens. Omdat de meeste soorten jou liever niet in hun directe omgeving zien. Gebruik minimaal een 200 millimeter lens.
• Handig als je op zoek bent naar vinken in je tuin: het geluid. Klik hier.
• Natuurlijk hoef je je niet te beperken tot de gewone vink, denk ook eens andere vinksoorten zoals de goudvink, appelvink, groenling, sijs, kruisbek en putter.
Beluister de Roots podcast over de putter,
of de Roots podcast over de vink.