De noordse stern, die ook in Nederland broedt, trekt in een jaar tijd wel 70.000 kilometer. Hij is daarmee de absolute kampioen lange afstandstrekken.
De noordse stern (Sterna paradisaea) is de ultieme langeafstandsreiziger van het dierenrijk. Deze niet al te grote zeevogel (33-35 cm) lijkt uiterlijk veel op de visdief en is in Nederland een doortrekker en schaarse broedvogel is. Hij legt per jaar een vliegafstand van zo’n 70.000 kilometer of meer af en maakt de zomer op beide halfronden mee. Uit ringonderzoek blijkt dat noordse sterns broeden in het noorden van Europa, Azië en Noord-Amerika , maar overwinteren op het zuidelijk halfrond, rond Antarctica.
Een noordse stern die in de zomer van 1982 als kuiken was geringd op de Farne-eilanden, in het oosten van Groot-Brittannië, bereikte bijvoorbeeld in oktober van datzelfde jaar de Australische stad Melbourne. De vogel had daarmee een reis van 22.000 km voltooid, slechts drie maanden nadat het diertje was uitgevlogen. De gemiddeld afgelegde afstand bedroeg meer dan 240 kilometer per dag.
Noordse stern op de Farne eilanden. Foto Paul Bohre
Kampioen lange afstand
Nederlands trekvogelonderzoek bracht in 2011 de trekroutes van een zevental, in Noord-Groningen met een zender uitgeruste sternen in kaart. Binnen een gemiddeld tijdsbestek van 273 dagen legden de vogels, inclusief het heen en weer vliegen op de pleisterplaatsen die de sternen onderweg aandeden, circa 90.000 kilometer af.
Noordse stern vliegen ieder jaar van noord Europa naar Antarctica. Foto Bas Meelker
Weetje
Er is ooit een noordse stern gevonden van 26 jaar oud. Deze vogel moet dus meer dan een miljoen kilometer hebben afgelegd in zijn leven.
Vind je vogels kijken leuk. Bestel dan hier het nieuwste Roots Vogelmagazine.
