De mistletoe – of maretak zoals we hem meestal in Nederland noemen – is vooral bekend van kerst, waarbij we een takje met witte besjes boven een geliefde houden en die mogen kussen. De maretak behoudt het hele jaar z’n blad en groeit bolvormig. Prachtig, vooral in de herfst en winter als de groene bollen met witte besjes de kale bomen in het landschap opvrolijken. Om te zoenen, zo mooi!
De maretak is een zeldzame soort met een vermelding op de rode lijst van beschermde planten. Omdat deze dwergheester vooral houdt van een kalkrijke bodem, vind je de maretak in Nederland voor het merendeel in Zuid-Limburg.
Deze halfparasiet heeft altijd een gastheer nodig, zoals een populier, om daar water en voedingsstoffen van weg te nemen. Het zaad van de maretak dringt daarvoor de bast binnen van de boom. Het zaad van onze soort – de Europese maretak oftewel Viscum album – wordt meestal aangebracht door vogels. Ook zijn er maretakkensoorten die via explosieve vruchten hun zaden naar bijgelegen bomen kunnen slingeren, tot wel meer dan tien meter ver.
Wereldwijd zijn er meer dan duizend soorten maretakken. Maar maretakken doen meer dan alleen stelen van hun gastheer. Ze bieden voedsel en nestgelegenheid voor vogels en een schuilplek voor dieren, jaarrond.
Magische maretak
Duivelsgras, heksennest, slangentong, lijmkruid en vogellijm. Het zijn zomaar wat namen voor deze bijzondere plant. Al vele honderden jaren lang worden er verhalen en mythen over verteld. Tegenwoordig is zij vooral bekend van de ‘kustraditie’ tijdens kerst, maar de geschiedenis van de plant als symbolisch kruid gaat veel langer terug, wel duizenden jaren.
In veel culturen kende men de maretak magische krachten toe; de plant bood voorspoed, vruchtbaarheid en geluk. In de Keltische en Germaanse cultuur was de maretak een heilige plant. De romantische component ontstond naar alle waarschijnlijkheid in de eerste eeuw na Christus bij de Keltische druïden. Zij zagen de maretak als een heilig symbool van leven omdat de plant zelfs in de winter groeit. Daarom dienden ze het aan zowel mensen als dieren toe in de hoop om de vruchtbaarheid te herstellen.
Lokstok voor vogels
Een andere naam voor maretak is vogellijm. Die naam is terug te voeren op een gebruik in de middeleeuwen dat niet veel goeds voor de vogels betekende. De bessen van de maretak werden gekookt tot een kleverig substantie – vogellijm – en op lokstokken gesmeerd om vogels te vangen. Wanneer vogels op zo’n stok landen, bleven ze vastzitten, waarna eenvoudigweg met de hand konden worden gevangen. Een gebruik dat helaas tegenwoordig nog sporadisch en illegaal in sommige landen wordt toegepast.
In contrast met deze vangmethode zorgen vogels ook voor de verspreiding van de maretak. In de winter als de besjes rijpen zijn – wit en transparant – vormen ze een smakelijke hap voor vogels en met name de grote lijster is er verzot op. In de besjes zit het zaad met daaromheen een buitengewoon plakkerig vruchtvlees.
Er zijn twee methoden van zaadverspreiding. De eerste methode is dat vogels de bessen eten en daarna hun snavels aan takken afvegen en zo zich ontdoen van wat kleverige resten. Zo blijft een deel van de kleverige inhoud met zaadjes plakken en kunnen die zich nestelen, om na verloop van tijd te ontwikkelen tot een maretak. De andere methode is dat de vogels zoals de grote lijster de bessen opeten en vervolgens de zaden weer uitpoepen, wat soms wel te zien als lange witte parelsnoeren, die vervolgens ook op takken belanden.
Verder lezen: in de extra dikke wintereditie van Roots vind je een uitgebreide (foto)reportage over de maretak.
Nog 4 interessante natuurberichten
- Winterslaap of winterrust: zo zit dat bij dieren.
- De torenvalk is uitgeroepen tot Vogel van het jaar 2025.
- Wandel door de mooiste naaldbossen van Nederland.
- 15 toplocaties om stinsenplanten te bekijken.
Tekst en foto’s: Edwin Giesbers