De Nationale Tuinvlindertelling komt eraan. Vanaf zaterdag 4 juli kun je ruim drie weken lang (t/m 26 juli) vlinders tellen in je tuin. Extra leuk: je mag zo vaak meedoen als je wilt.
Tuinvlinders tellen kost slechts een kwartiertje. En je helpt de Vlinderstichting om een beter inzicht te krijgen in de vlinderstand van Nederland. Hoe werkt het?
- Tel zo vaak mee als je wilt. Het mag zelfs meerdere keren op een dag.
- Kies het liefst een zonnig moment op de dag. Als het niet te warm is, kun je het beste tussen 11.00 en 15.00 uur gaan tellen, dan zijn de meeste vlinders actief. Maar als het heel heet is, kun je beter een moment voor 11.00 ‘ s ochtends of na 17.00 uur ’s avonds kiezen.
- Loop een rondje door je tuin en noteer gedurende 15 minuten alle vlinders die je ziet. Tel de waarnemingen niet bij elkaar op, want dan kan het zijn dat je bepaalde vlinders twee keer telt. Geef dus alleen het hoogste aantal door van een soort die je tegelijk hebt gezien. Bijvoorbeeld: je ziet eerst 3 dagpauwogen tegelijk. Tien minuten later zie je weer 2 dagpauwogen. Dan geef je door: 3 dagpauwogen.
- Geef je telling door via de app Vlindermee of via de website van de Vlinderstichting.
Vlinders herkennen
Ben je niet zo’n vlinderkenner maar lijkt het je wel heel leuk om hier aan mee te doen? Geen probleem, op de website van de Vlinderstichting vind je een mooie vlinderherkenningskaart, hierop vind je in één oogopslag de 22 meest voorkomende vlinders.
Bij de Tuinvlindertelling van 2019 werd de atalanta het meest geteld, gevolgd door het klein koolwitje. Per tuin werden er vorig jaar gemiddeld 7,5 vlinders geteld, de afgelopen tien jaar waren dat er gemiddeld vijftien. We zijn benieuwd naar de scores van 2020.
Nieuwe wandelgids vol vlinders
Foto header (atalanta): René Vos