DOOR: FREDERIK THOELEN
Je hoort het regelmatig in het nieuws: wolven zijn aan een comeback bezig. Ik denk dat ik in naam van alle natuurvrienden kan spreken als ik zeg dat dit fantastisch nieuws is. Dat die terugkeer écht wel bezig is kon ik in 2011 per toeval zelf ondervinden. Tijdens een uitgebreide zoektocht naar de lynx in België plaatsten we een trailcam bij een net gedood schaap in Gedinne, een klein dorpje ten zuidoosten van Namen. De plaatselijke dierenarts was er van overtuigd dat een lynx de dader was. Na een paar dagen bleef er van het schaap niets meer over, plukken vacht lagen verspreid over de weide, en dus konden we de trailcambeelden controleren. Wat we zagen op de beelden was geen lynx, maar wel een heel schuwe hond die zenuwachtig zijn zelf gedode prooi benaderde en het met enorme kracht uit beeld wegtrok… Naarmate we meer beelden konden bekijken, bleek het dier geen schuwe hond, maar een wolf te zijn!
Dit jaar, in maart, dook er een wolf op in Drenthe en Groningen die door flink veel mensen werd gezien, en zelfs gefotografeerd.
Met deze enkele individuen, meestal rondzwervende jonge mannetjes op zoek naar een nieuw territorium, kan je natuurlijk nog niet zeggen dat wolven helemaal terug zijn, maar het betekent wel dat wolven op het punt staan terug te keren naar onze landen.
Roofdieren zijn super belangrijk in een gezond ecosysteem, de wolf is een diersoort dat hier thuishoort, dus kunnen we niet anders zeggen dan: WELKOM WOLF!
Helaas is de theorie niet altijd zo eenvoudig. Wolven dragen nog altijd het “roodkapje-syndroom” met zich mee; een hoop onheilspellende vooroordelen die hun terugkeer er niet makkelijker op maken.
Vijftien geleden kregen ze in Oost-Duitsland met hetzelfde probleem te maken als wij nu: na heel wat waarnemingen van solitaire, zwervende wolven was het duidelijk dat het niet lang meer zou duren voordat de eerste roedels zich in Lausitz, Oost-Duitsland, zouden gaan vestigen. Om eens na te gaan hoe terecht of onterecht de vooroordelen zijn, trok ik met een journalist en cameraman naar Oost-Duitsland. De Oost-Duitsers weten inmiddels wel wat het is om met wolven samen te leven.
Onze eerste stop was de lokale bevolking. We vroegen aan de mensen hoe zij tegenover de wolven staan. Nagenoeg iedereen antwoordde ons dat ze in het begin erg bang waren. Sommigen durfden zelfs niet meer te gaan wandelen in de bossen, uit schrik oog in oog te komen staan met “de boze wolf”. Nu, zoveel jaren later, hebben de meeste inwoners die midden in het wolvengebied leven, nog nooit een wolf gezien! De mensen hier beseffen nu dat wolven extreem schuw zijn en mensen zoveel mogelijk vermijden.
Dus angst heeft men niet meer, integendeel zelfs, want de lokale economie floreert door “wolventoeristen”. En eigenlijk waren wij ook wolventoeristen, want ’s avonds gingen we uiteraard een poging doen om vanuit een uitkijktoren wolven te spotten en wie weet, zelfs te filmen. Onze eerste avond zagen we geen wolven, maar ik moet toegeven dat de honderden kraanvogels en enkele laag overvliegende zeearenden ook al indrukwekkend waren! Een vogelkijkster maakte ons wel enorm jaloers met videobeelden op haar gsm van een passerende wolf op exact dezelfde plek!
De volgende dag gingen spraken we een schapenboer. Wolven zijn en blijven roofdieren, en roofdieren hebben vlees nodig. Zéker solitaire ronddolende wolven pakken regelmatig een schaap. De boer die we spraken had in de beginjaren van de terugkeer van de wolf een flink aantal doodgebeten schapen. Hij zocht, en vond dé perfecte oplossing: Pyreneese berghonden. Deze 60 kilo zware honden groeien tussen de schapen op en leven permanent in de kudde. Ze doen er alles aan om “hun” kudde te beschermen. Komen er wolven in de buurt, dan beginnen ze heel hard te blaffen. Dit alleen is al voldoende om de meeste wolven weg te jagen. Héél zelden komt het voor dat een wolf toch over de omheining durft te springen en tussen de schapen terechtkomt. Die wolf zal dan wel het onderspit moeten delven, want de Pyreneese berghonden zijn een stuk sterker dan de wolf… Wij konden de Pyreneese berghonden heel dicht benaderen en zelfs aaien, maar we mochten nooit te dicht bij de schapen komen, want dan komt het bescherminstinct van de honden bovendrijven. Ondertussen hebben de meeste andere schapenboeren ook Pyreneese berghonden en kunnen ook zij goed samenleven met de wolf.
De laatste partij die we spraken waren de jagers. In Oost-Duitsland moesten de jagers toegeven dat de terugkeer van de wolf helemaal geen impact gehad heeft gehad op de hoeveelheden edelherten, reeën en everzwijnen. De jager die we spraken vond dat de jagers zich moeten aanpassen. En dit vind ik zelf ook. Jagers hebben al het enorme voorrecht om gewapend (!) door de natuur te lopen, de natuur te verstoren en zelfs dood te schieten, dus moeten ze maar accepteren dat roofdieren die hier écht thuishoren, hier ook hun plaats verdienen!
Spijtig genoeg duurde de trip maar enkele dagen. Veel te kort voor deze fantastische streek, maar ons vermoeden bleek wel bevestigd: met wolven samenleven moet voor alle partijen perfect lukken. Misschien dat er hier en daar wel wat problemen kunnen opduiken, maar deze zijn op te lossen. We moeten blij zijn dat een fascinerend dier als de wolf staat te trappelen om de Belgisch-Nederlandse grens over te steken, en het is aan ons allen om die oversteek mogelijk te maken. Ik verheug mij er op de tijd dat ik mijn camera kan nemen, de Belgische bossen kan intrekken en er een wolf te kunnen filmen. Dat blijft natuurlijk lastig, maar alleen al het feit dát het mogelijk is…
De video die ik maakte in oost Duitsland: [youtube https://www.youtube.com/watch?v=gkzZcjgcIDc]
Een uitgebreider verhaal vind je op mijn blog www.wild-things.be