Het aantal ooievaars dat in Nederland overwintert neemt toe. Bij de Wintertelling van 2022 werden 986 ooievaars geteld. Ooievaarsstichting STORK wil graag weten of die trend zich voortzet – en wat het effect van vogelgriep is op ooievaars. Tel je daarom dit weekend (14 en 15 januari)mee, met de Ooievaarstelling van 2023?
De (ooievaars)kwestie: trekken of niet trekken
Doorgaans verkiest de ooievaar ’s winters warmere oorden dan Nederland, vooral Zuid-Afrika en West-Europa. Dat heeft niet zozeer direct te maken met de kou, als wel met zijn eetpatroon. De ooievaar leeft van kikkers, muizen, mollen, jonge vogels, insecten en regenwormen. Als de grond bevroren is, zijn die prooien lastiger te vinden. Maar ja, dan kan hij, opportunistisch als hij is, altijd nog ergens rondstruinen tussen het afval om lekkernijen te scoren. Of zijn kans afwachten tot het voedertijd is bij dierentuinen. Lang niet alle ooievaars ondernemen dan ook de riskante trektocht naar warmere oorden.
Waarom een Wintertelling?
Dankzij de Wintertelling – en het aflezen van de ringen – heeft de Stichting Ooievaars Research & Knowhow (STORK) beter zicht op het trek- en overwinteringsgedrag van de ooievaar. De eerste Wintertelling van ooievaars vond plaats in 1955. Vanaf 2001 werden de vogels jaarlijks geteld: de overwinteraars dus. Vanaf 2010 neemt het aantal gemelde ooievaars dat hier overwintert (gemiddeld) toe, zo bracht STORK in kaart middels een grafiek. In 2022 werden er 986 ooievaars gemeld.
In 2020 kwam het aantal overwinterende broedvogels boven de 2600 (meer dan 1300 broedparen); zo’n 35% van de ooievaars die hier broeden. Eerstejaars jongen gaan vrijwel allemaal op de riskante westelijke trektocht. Met de telling hoopt STORK ook dit jaar antwoord te krijgen op deze vragen:
- Hoeveel ooievaars overwinteren in Nederland?
- Welke ooievaars kiezen ervoor om hier te overwinteren?
- Waar overwinteren ze in Nederland?
- Hoe overleven de overwinteraars hier?
- Wat is het effect van vogelgriep op ooievaars?
Zo help je mee tellen
De wintertelling van 2023 vindt aankomend weekend plaats: 14 en 15 januari. Je helpt/telt mee door dat weekend uit te kijken naar ooievaars, en elke ooievaar (indien mogelijk mét de ringgegevens) door te geven. Dat kan op drie manieren:
- Bij voorkeur via waarneming.nl: op 14 en 15 januari kom je dan direct terecht op de plek waar je je ooievaar(s)waarneming kunt invoeren. Als je ringen kan aflezen, vermeld de ringnummers dan bij de notities.
- Per mail, via wintertelling2023@ooievaars.eu.
- Telefonisch (alleen rond het telweekend), op 06 20978185 (alleen beschikbaar tijdens het telweekend).
Foto bovenaan: Getty Images
Bron: Stichting STORK
Meer lezen
- Bekijk ook deze heerlijke lentefoto, van een ooievaar landend in een kleurrijk weiland.
- Ooievaars zijn opportunisten – dus zijn ze maar wat graag in de buurt als boeren grasvelden maaien. Dan kunnen ze namelijk vrij simpel een maaltje scoren, zo bewezen onderzoekers eerder.
- De zwarte ooievaar is in tegenstelling tot de gewone ooievaar een schuwe broedvogel die zich een groot deel van het jaar zelden buiten het bos of het moeras laat zien. De laatste jaren neemt hun aantal in ons land toe, vooral in augustus. Dan gaan de zwarte ooievaars op trek uit Noord- en Oost-Europa.
- De ooievaar heeft grote vleugels – maar hij staat niet in de Top 10 van vogels met de grootste spanwijdte.
