De scholekster, een van Europa’s grootste steltlopers, staat onder druk. Dit jaar krijgt deze fraaie vogel dankzij onderzoek en bescherming een belangrijk steuntje in de rug. Natuurfotograaf Edwin Giesbers vertelt en laat in Roots juni glorieus zien waarom deze ‘bonte piet’ een helpende hand verdient.
Met zijn opvallende verenkleed in zwart-wit, grote oranjerode snavel, rode kraaloogjes en oranje tot rode poten is de scholekster met geen andere vogel te verwarren. Daarbij komt nog zijn opvallende roep ‘(te-)piet!’, die schel klinkt en ver draagt en waaraan de vogel deels zijn bijnaam ‘bonte piet’ te danken heeft. Helaas gaat het niet goed met de scholekster in Nederland; de populatie is in de afgelopen 20 jaar meer dan gehalveerd. Daarom hebben Vogelbescherming Nederland en Sovon Vogelonderzoek Nederland 2023 uitgeroepen tot het Jaar van de Scholekster.
“Vanaf een stabiele situatie rond 1920 is er een neerwaartse trend in de broedvogelpopulatie”, vertelt Gert Ottens van Vogelbescherming Nederland. “De daling van het aantal scholeksters dat in de Waddenzee overwintert, is sinds 1990 vrijwel zeker vooral veroorzaakt door het verdwijnen van de droogvallende mosselbanken als gevolg van overbevissing.” Daarnaast brengen de scholeksters simpelweg te weinig jongen groot, waardoor de populatie in Nederland met 60 procent is afgenomen. Ook de problemen waar weidevogels als kievit en grutto mee te maken hebben – de intensivering van de landbouw en verdroging – spelen bij de scholekster een rol in de achteruitgang.
Onderzoek wees uit dat tijdens droge voorjaren ook kuikens daar last van hebben, omdat er minder voedsel beschikbaar is. De kuikens zijn dan geneigd meer zelf hun voedsel te zoeken, in plaats van in de beschutting te wachten op hun ouders die komen voeren. Daardoor lopen ze een grotere kans om door roofdieren als vos en zwarte kraai gevangen te worden.
Lees ook:
- In oktober 2022 vloog een rosse grutto een vliegrecord: 13.560 km (non-stop van Alaska naar Tasmanië)
- Jonge vosjes fotograferen: tips
Op het dak
Naast zijn karakteristieke aanwezigheid aan zee en op boerenlanderijen, laat de scholekster zich de afgelopen jaren steeds vaker zien – en luidruchtig horen – in stedelijke omgevingen. Vooral in de omgeving van industrieterreinen zie je hem steeds vaker. Daar mag de vogel graag zijn nest bouwen op de platte daken van bedrijfspanden.
Waarschijnlijk doet hij dit vanwege de veiligheid – zo heeft hij minder last van roofdieren – en het lijkt erop dat hij daardoor ook meer jongen kan grootbrengen. Zo’n nestje op het dak is trouwens niets meer dan een ondiep kuiltje tussen de kiezels, soms een beetje opgesierd met wat stokjes of andere materialen. Daarin worden drie tot vier eieren gelegd die na een broedtijd van ongeveer vier weken uitkomen.
Het vervolg van dit artikel lees je in Roots juni, nu in de winkel en eenvoudig te bestellen via de webshop.
Tekst en foto’s: Edwin Giesbers
Zó klinkt de scholekster
- Het is een typisch waddengeluid, maar tegenwoordig hoor je vanaf het vroege voorjaar het harde ’tepiet-geroep’ ook in de stad of in het park. Beluister het hier in de Roots podcast Notenkrakers.
- Bekijk ook deze video die Edwin Giesbers maakte van de scholekster.