De jonge torenvalken vliegen rond deze tijd uit. Het zijn er dit jaar opvallend veel. Ze zitten nu nog knus op en rond de nestkast, maar zullen straks ieder een kant op vliegen. Meestal niet verder dan 150 kilometer.
De torenvalk komt in heel Europa voor, behalve op IJsland. Het is dan ook een valkje dat zich makkelijk aanpast aan uiteenlopende omstandigheden. Het liefst vestigt hij zich in een open landschap met lage vegetatie, in de buurt van een goede muizenpopulatie. Torenvalken voeden zich voornamelijk met (woel)muizen: de veldmuis en de aardmuis. ’s Zomers lusten ze ook wel een hagedisje en eten ze insecten zoals kevers en sprinkhanen, die ze lopend op de grond buitmaken. Zoals de naam doet vermoeden leven torenvalken ook midden in de stad. Zo bevindt zich in Berlijn een populatie van maar liefst 200-300 exemplaren. Deze torenvalken voeden zich voornamelijk met kleine vogels, zoals mussen en vinken.
Biddende torenvalk
De torenvalk is van grote afstand te herkennen aan zijn karakteristieke manier van jagen: hij bidt voor het eten. Hij hangt daarbij op een plek in de lucht, waarbij hij razendsnel met de vleugels slaat, en stuurt en balanceert met de staart. De kop staat daarbij stil zodat de ogen zich kunnen fixeren op een prooi op de grond. De meeste valken vangen hun prooi in de lucht, alleen de torenvalk pakt zijn slachtoffer bijna altijd op de grond. Zijn voedsel bestaat dan ook voor 80 procent uit veldmuizen. Omdat het bidden veel energie kost, jagen de meeste torenvalken wel eens vanaf een uitkijkpost, bijvoorbeeld een paaltje of een tak. In de winter nog het meest.
Veel jonge torenvalken
De torenvalk maakt zelf geen nest maar maakt gebruikt een oud kraaiennest of schraapt een kuiltje voor eieren op rotsrichel of gebouw. Ze broeden in toenemende mate in nestkasten. Torenvalken leggen meestal 5-7 eieren. Dit jaar zijn er opvallend veel jonge vogels. Volwassen torenvalken blijven doorgaans het hele jaar in de buurt van hun nest rondhangen. De jonge vogels blijven eerst ook in de buurt van de kast, maar trekken uiteindelijk verder weg, tot een afstand van 150 kilometer, en komen zo soms op boorplatforms terecht. Scandinavische vogels trekken zuidwaarts tot in Centraal-Afrika.
Foto bovenaan: Ellen Tanger.
Meer lezen over roofvogels? Bestel dan het Roots boek over Roofvogels en uilen van Noordwest-Europa.
Hier hoor je het geluid en lees je meer over de torenvalk.
Vind je vogels kijken leuk, dan is het Roots Vogelmagazine wellicht iets voor jou!