Voorlopig nog even geen bezoek aan de bergen in het buitenland. Maar wie denkt dat Nederland – op de Vaalserberg na – zo plat is als een dubbeltje, heeft het mis. Ons lage landje kent vele hoogtepunten. De meeste zijn souvenirs uit de voorlaatste ijstijd. Roots presenteert: de Dutch Mountains. Piekervaring gegarandeerd.
Groningen – bescheiden bultje
Op de grens met Duitsland vinden we de Hasseberg met een bescheiden hoogte van 14,2 meter boven NAP. De bult steekt 7,5 meter boven de omgeving uit op het Drents Plateau. Het is een souvenir uit de voorlaatste ijstijd, het Saalien, dat zo’n 150.000 jaar geleden zijn sporen in het landschap heeft achtergelaten toen dikke pakketten landijs langzaam over Noord-Nederland schoven. Ooit was deze heuvel nog wat hoger, maar tijdens de vervening is een deel van de ‘berg’ afgegraven voor straataanleg en grondverbetering. Fietsers en wandelaars kunnen hier lekker uitwaaien tussen weilanden, windmolens en bomenrijen.
Friesland – kloeke kliffen
De steile wanden van de drie kliffen in Gaasterland waren vroeger vanaf de Zuiderzee een markeringspunt voor schippers en vissers. De keileemwanden van het Mirnser Klif (2,5 meter), Oudemirdumer Klif (6 meter) en Roode Klif (10 meter) vormden duizenden jaren lang een natuurlijke zeewering tegen het zeewater.
De steile wanden worden bewoond door dassen en zijn een perfecte broedplek voor oeverzwaluwen. Het hoogste punt van Friesland is echter de Vuurboetsduin op Vlieland. 42 meter boven NAP, met daarbovenop een 18 meter hoge vuurtoren als rode kers op de taart.
Drenthe – voer voor fietsers
Bossen, glooiingen, heidevelden: de ijstijd heeft een groot stempel gedrukt op het Drentse landschap. Het Haantjeduin is met 26,5 meter boven NAP de topper van het Drents plateau. Maar het absoluut hoogste punt in deze provincie is een recent relict van het antropoceen. De VAM-berg, aangelegd door de Vuil Afvoer Maatschappij, is een 56 meter hoge berg Amsterdams huisvuil even boven Hoogeveen. De 0,3 kilometer lange beklimming die op zijn steilst 9,7 procent is en een hoogteverschil heeft van 22 meter, is een walhalla voor wielrenners die zich even in de bergen kunnen wanen.
Overijssel – daar bovenop die berg
Galgenberg, Friezenberg, Luttenberg, Woldberg, Paasberg, Eelerberg, Lemelerberg: in Overijssel struikel je van de kop van Overijsel tot Twente over de bergen. Allemaal stuwwallen uit de tijd dat de noordelijke helft van ons land bedekt was met gletsjers. De hoogste heuvel in deze langgerekte provincie is de Tankenberg (85,1 m). Daar bovenop staat een stenen koepel, van waaruit je een grenzeloos uitzicht hebt op Duitsland. Veel fietsers en wandelaars combineren de Tankenberg – maximaal stijgingspercentage 8 procent! – met de Paasberg, de Hakenberg en de Boerskotten.
Gelderland – land van the big seven
Gelderland is, op de Gelderse vallei na, zo’n beetje één groot stuwwalcomplex. De kroon van de Veluwe is Signaal Imbosch, 109,9 meter de lucht in én het hoogste punt van Nederland buiten Zuid-Limburg.
De zandgrond biedt ruimte aan duizenden hectare bos en hei, ten zuiden van het gebied stroomt de Rijn en westelijk begrenzen de Randmeren het bos. De perfecte omstandigheden voor de big five: edelhert, ree, wild zwijn, das en vos. Maar ook de bever en de wolf voelen zich thuis in de Nederlandse bergen.
Flevoland – bijna de nieuwste berg
Als een puist ligt Urk in het verder vlakke Flevoland; met zijn hoogte van 8 meter vormt het vissersdorp het hoogste natuurlijke punt van de polder. Dit eiland lag zo’n 800 jaar lang in de Zuiderzee, waar het een fractie hoger lag dan het omliggende water. Nu zit het eiland vast aan de oostkant van de ingepolderde Noordoostpolder. Oud-wielrenner en freelance journalist Thijs Zonneveld wilde een kunstmatige berg van twee kilometer aan laten leggen in de provincie, maar met de geschatte kosten van 4.000 tot 7.000 miljard euro, bleek het plan onuitvoerbaar.
Noord-Holland – het dak van de provincie
De Catrijper Nok is met een hoogte van 55,4 meter niet alleen het ‘dak’ van Noord-Holland, maar ook het hoogste duin van Nederland. Tot 2014 werd aangenomen dat die eer het Zeeuwse duin in Zoutelande te beurt viel, maar de Catrijper Nok heeft door zandopstuivingen Zeeland van de troon gestoten. Fiets- of wandelroutes leiden langs de Catrijper Moor, een groot weidevogelgebied waar in de lente het weemoedige geluid klinkt van kieviten, grutto’s en tureluurs. Natuurlijk kom je op een warme dag in de duinen zonaanbidder de zandhagedis tegen.
Utrecht – hoog en droog
Al duizenden jaren wonen mensen hier hoog en droog, blijkt ook uit de circa dertig grafheuvels en talloze buitenplaatsen, landgoederen en kastelen, waaronder Kasteel Amerongen. Dat brengt ons meteen bij de climax van de provincie Utrecht: de 69,2 meter hoge Amerongse Berg. De combinatie van cultuur en natuur maakt de Utrechtse Heuvelrug aantrekkelijk voor wandelaars, fietsers en andere recreanten. Vlakbij de stad biedt het een afwisselend landschap van uiterwaarden, heidegebieden en stuifzanden, maar bovenal bos. Niet voor niets is het na de Veluwe het grootste bosgebied van ons land.
Zuid-Holland – achter de duinen
Anders dan jonge duinen liggen oude duinen verder landinwaarts. Zo ook het Vlaggeduin in de Katwijkse Duinen, dat met 37 meter boven de zeespiegel het hoogste natuurlijke punt is van Zuid-Holland. De oude duinen bewijzen dat de kust vroeger meer landinwaarts lag. Het zijn langgerekte zandruggen van enkele meters hoog die duizenden jaren geleden gevormd zijn als jonge duinen. Bovenop de Vlaggeduin staat een deel van een bunker, een uitkijkpunt over het hele duingebied en de zee, inclusief een deel van de Duitse kustverdedigingslinie uit de Tweede Wereldoorlog, de Atlantikwall.
Noord-Brabant – buiten bereik
Mensenhanden maakten de grootste berg van Brabant: de voormalige vuilnisstortplaats Gulbergen staat 60 meter boven NAP. Maar het Venakkerbos is het hoogste natuurlijk punt in Brabant, al is het met zijn 44 meter nauwelijks hoger dan de 43,7 meter hoge Stevensbergen, eveneens op de grens met België.
Het Venakkerbos is een droog bos- en heidegebied met her en der een stukje stuifzand. Dunbevolkt en daarom geen bereik met je mobiel en volop kans op het spotten van zeldzame bewoners, zoals nachtzwaluw, boomleeuwerik, gladde slang en levendbarende hagedis.
Zeeland – Zoutelande, blij dat je hier bent
Ooit het hoogste duin van Nederland, maar als tweede op de ranglijst is Groot Valkenisse met zijn 49 meter nog altijd indrukwekkend. Vooral vanwege het uitzicht. Een wandelpad loopt over de duinen van Vlissingen tot Zoutelande en biedt een mijlenverre blik over Walcheren en de Westerschelde. Nergens anders komen de schepen zo dicht langs de kust. In het bos aan de voet van het duin liggen een tankversperring en enkele bunkers uit de Tweede Wereldoorlog. Na de zomerdrukte is het er goed vogels kijken als bijzondere (trek)vogels, zoals zwartkopmeeuw, kuifaalscholver en ijseenden zich onbespied voelen.
Limburg – on-Nederlandse steiltes
En de winnaar is: de Vaalserberg! Met zijn 322,4 meter hoogte de absolute top van Europees Nederland. Nu eens niet als resultaat van de ijstijd, maar een heuvellandschap dat is gevormd door uitlopers van de Ardennen en de Eifel. De kenmerkende plateaus en dalen zijn gescheiden door steile hellingen die zijn ontstaan door de Maas en haar zijbeken die zich met de kracht van miljarden liters water een weg hebben gebaand door het landschap. Zuid-Limburg is, kortom, goed voor eindeloos on-Nederlands wandel- en fietsplezier en on-Nederlands natuurschoon, zoals de wilde kat, wolf, lynx, zinkboerenkers en zinkviooltje.
Bergwandelen in Nederland
Zin om je kuiten op de proef te stellen? Wandel dan eens over de bergen van de Sallandse Heuvelrug in Overijssel. Of probeer deze bergetappe voor wandelaars bij Epen. Let op: kies om drukte te vermijden een dag doordeweeks.