Zo fotografeer je meren, vennen en plassen

Meren, vennen en plassen zijn een ideaal fotografie-onderwerp als je niet zo’n soortenjager bent, of geen tijd hebt om een specifieke plant- of diersoort te gaan fotograferen. Op of rond het water valt altijd wel iets te beleven. We geven 5 handige tips.

Is er een interessante wolkenlucht en/of een fraaie oeverbegroeiing? Kies dan voor optimale reflectie. Probeer verschillende standpunten uit, totdat je de ideale reflectie in beeld hebt. Gereflecteerd riet kan voor fraaie grafische effecten zorgen. Pas op dat je spiegelingen van bomen of watervogels niet afkapt bij de uitsnede. Windstilte is vaak het beste bij spiegelingen-fotografie, maar soms kan een rimpeling op het water voor bijzondere effecten zorgen.
Is het water (tamelijk) helder? Dan wil je misschien geen reflectie in beeld brengen. Gebruik in dat geval een polarisatiefilter, daarmee voorkom je reflecties en kun je bij ondiep water zelfs de bodem zien. Deze filter levert bovendien intensere kleuren op van het water en de lucht.
Denk eens aan de eenderde/tweederde regel als je meren, vennen of plassen fotografeert. Neem tweederde van de hoogte voor de ven (en begroeiing) en eenderde voor de lucht, of andersom. Dit zorgt meestal voor een spannender beeld dan een half/half (lucht/water) opname.
’s Ochtends vroeg kan er nevel boven een waterpartij hangen. Dat kan zeer sfeerverhogend werken. Op een groter wateroppervlak kan de wind ook een belangrijke rol spelen. Als er golfjes ontstaan, kan dat een dynamiek aan je foto geven, die je het best vast kunt leggen met een korte sluitertijd (1/500 of korter). Als je kiest voor een wat langere sluitertijd, bijvoorbeeld ½ seconde verdwijnt de dynamiek, maar dan krijgt het water een sfeervol melkachtig uiterlijk.
Zijn er toevallig dieren in de plas of ven die je wilt fotograferen, zoals eenden of aalscholvers? Neem dan een zo laag mogelijk standpunt in, zodat je de contouren van de vogels kunt zien en niet alleen maar “donkere vlekken”.